Onderzoekers van Mass General Brigham hebben ontdekt waarom mensen vaak antilichamen ontwikkelen tegen pinda’s, zelfs zonder allergie. Het blijkt dat menselijke antistofgenen van nature ingesteld zijn om een bepaald type IgG-antilichaam te maken tegen pinda-eiwitten. Deze zogeheten “publieke” antilichamen zijn bij veel mensen vrijwel identiek, wat opmerkelijk is gezien de enorme variatie die het immuunsysteem kan produceren.
Uit bloedonderzoek bleek dat zowel pindagevoelige als niet-allergische personen deze antilichamen hebben, en dat kinderen van 1–3 jaar ze vaak al aanmaken kort na het introduceren van pinda in hun dieet. Dit suggereert dat het immuunsysteem via meerdere voorspelbare routes pinda’s kan herkennen, ongeacht genetische variaties.
De bevindingen bieden belangrijke inzichten voor allergieonderzoek: het feit dat zulke gelijkaardige antilichamen bij veel mensen voorkomen, opent mogelijkheden voor gerichte therapieën om voedselallergieën te behandelen of te voorkomen.